Bart Nijs, directeur van een fotografenbureau, wilde onderzoeken wie van zijn fotografen een specifiek commercieel talent in huis had. Directie en medewerkers deden een DNLA®-competentieonderzoek, hierin begeleid door het Expertisecentrum DNLA Nederland.
Bart Nijs: ‘Als fotografiebureau leveren wij niet alleen beeld, maar ook een commerciële performance. En dan bedoel ik het bedenken van de oplossing waar de klant in eerste instantie voor aanklopte. Dat hoeft niet altijd een fotografische oplossing te zijn. Het zou zomaar kunnen dat wij adviseren een circustent op te zetten en alle klanten uit te nodigen in plaats van 100 producten fotograferen en deze vervolgens in een folder presenteren. De klant betaalt voor dit creatieve inzicht en wij zijn verder waarschijnlijk niet meer in beeld.’
Uit de test bleek dat de eigen mensen hier nog niet aan toe waren. Verrassend genoeg kwamen er echter nog andere waardevolle inzichten naar voren. Zo bleek een medewerker zich niet prettig in het werk te voelen. Hij had veel kwaliteiten die geen kans meer kregen. De norsheid van een andere medewerker bleek zijn oorsprong te hebben in een onterechte mate van onzekerheid. Weer een andere medewerker bleek zichzelf te zwaar te belasten.
En dat terwijl Bart dacht het helemaal voor elkaar te hebben. Bart: ‘Ik denk dat ik best wat mensenkennis bezit, ik kan zaken onafhankelijk beoordelen en was ervan overtuigd dat ik een geweldige teamspirit binnen mijn bedrijf had, simpelweg omdat de klanten me dat vaak vertelden. Uit de resultaten van de test bleek echter dat iedereen vooral op zijn eigen eilandje opereerde en dat weliswaar heel goed deed, er keihard voor ging, niet te beroerd was over te werken, maar dat het teamgevoel minimaal was. Achteraf zie ik het ook. Algemene taken werden door niemand opgepakt. Niemand voelde zich hier verantwoordelijk voor en niemand sprak de ander hierop aan.’
Bart: ‘Uiteraard waren we het aanvankelijk niet eens met de testuitslagen en daarom zouden we zonder de gesprekken met Rob van Dijk niet de grote winst hebben geboekt, die we hebben geboekt. Rob sprak met de individuele medewerkers en vervolgens in twee sessies met de hele groep. Hij zorgde voor inzicht en acceptatie en bracht opmerkelijke veranderingen op gang. Ook bij mij. Dit resulteerde in het afscheid van een medewerker die opeens zijn eigen horizon verbreed zag. Hij heeft nu een leidinggevende functie op een fotografische afdeling ergens anders. De commerciële performance wordt hoofdzakelijk door mij gedaan en dat is goed. Twee medewerkers kregen voor korte tijd professionele begeleiding en zijn daar persoonlijk, maar ook voor het bedrijf, veel in vooruitgegaan.’
En ten slotte ben ik er zelf sterker uitgekomen, waardoor mijn bedrijf niet alleen aan een nieuwe episode begint, maar ook opnieuw een vliegende start kreeg. Nu er nog voor zorgen dat we niet in oude gewoonten vervallen. Een onderhoudscontract is wellicht een idee.’